Hoe vast hang je aan een bod?

Bezint eer ge begint, want een bod is een bod. Zeker als het geschreven is. Ja, dat geldt ook voor een mail, een Whatsapp bericht of een paar zinnen op een bierviltje waar je krabbel onder staat. Als jij duidelijk een bod plaatst en de verkoper formeel bevestigt, dan is de zaak beklonken. En daarna kan het knap lastig worden om terug te krabbelen.

Een huis kopen, dat doe je waarschijnlijk geen tien keer in je leven. Je zou daarom verwachten dat een bod iets heel formeels is, met standaardformulieren en lange plichtplegingen. Niets is minder waar. Zelfs een sms kan tellen. Veel moet er niet in het bod staan om rechtsgeldig te zijn. Je naam, het adres van het pand, de prijs en een datum zijn genoeg. (Eigenlijk telt een mondeling bod evengoed, maar dat is veel moeilijker hard te maken. Dan is het bij onenigheid gewoon woord tegen woord en dan zal de verkoper het zelden halen.)

Van zodra de verkoper op je bod reageert met “voor akkoord” en een handtekening (of gewoon een duidelijke mail), dan heb je een verkoopovereenkomst. Dan wordt het ontzettend moeilijk, zoniet onmogelijk, om nog af te zien van je bod. En alle voorwaarden die je vergeten bent, kan je mogelijks niet meer laten opnemen in je definitieve verkoopcompromis.

Zet dus zeker in je bod wat erin moet staan. Een geldigheidsduur bijvoorbeeld. Hoe lang wil je aan dit bod vast hangen zonder naar andere huizen te beginnen kijken? Zeg je dat niet, dan kan het in principe een blok aan je been blijven, als de verkoper nog maanden wil wachten en gewoon de kat uit de boom kijkt tot er misschien een hoger bod komt.

Nog een tip: schrijf het bedrag zowel in cijfers als letters. Een nulletje teveel zetten, dat is het soort van ‘oeps’ dat je wil vermijden. Tussen haakjes: een bod intrekken kan je wel, als je je in de koffie verslikt met zo een blunder. Maar het moet wel gebeuren vóór de verkoper zijn akkoord geeft.

Nog belangrijker zijn de voorwaarden. Stel dat je geen lening vindt, hoe ga je dan een villa betalen? Veel mensen nemen in het bod dus een woonkrediet op als opschortende voorwaarde: een clausule die zegt dat je afziet van de koop als je geen lening vindt bij de bank. Dat is een stok achter de deur, maar je kan ook hier niet mee foefelen. Het is wel degelijk de bank die zal moeten laten weten dat je geen lening kan krijgen. Andere opschortende voorwaarden zouden bijvoorbeeld een stedenbouwkundige vergunning of een positief bodemattest kunnen zijn.

Hoeveel opschortende voorwaarden neem je op? Dat is een beetje koorddansen. Enerzijds wil je dat huis natuurlijk graag, en je wil dus vermijden dat de verkoper iemand anders kiest die minder twijfels toont. Anderzijds wil je ook geen kat in de zak. Misschien is het huis wel op een vuilnisbelt gebouwd, of wonen er eigenlijk nog huurders die de eigenaar eventjes vergeten was.

Voel je de stress al komen? Dit is het moment waarop iedereen je kop zot wil maken. Er doen genoeg cowboyverhalen de ronde. Een huis kopen is ook altijd een emotionele keuze en dan kan je maar beter eens diep ademhalen en luisteren naar een expert.